Martin en Marina Ort. (Foto: Peter Isaak)
Martin en Marina Ort. (Foto: Peter Isaak)

Ondernemersduo Martin en Marina Ort: “Stop met dat gemopper op Almere”

Interviews

Zij runt al 15 jaar een Bruna-winkel in het centrum van Almere en hij is onder meer directeur van de Ondernemers Vereniging Stadcentrum Almere (OVSA). Het ondernemersechtpaar Marina en Martin Ort zijn bekende namen én gezichten in Almere, maar bovenal trotse bewoners van de stad. Het duo maakt zich hard voor de stad, en voor het imago van Almere: “Stop toch eens met dat geklaag over Almere, want we maken de stad allemaal, samen met elkaar.”

Tekst: Berlinda Hendrikse, Foto’s: Peter Isaak

Het is een zwaar jaar geweest voor Martin en Marina Ort. De coronacrisis heeft er bij het echtpaar hard ingehakt. Niet alleen moest Marina haar Bruna-winkel tijdelijk sluiten en kreeg ze te maken met de vele maatregelingen die er voor ondernemers golden, ook Martin was als directeur van de ondernemersvereniging Stadscentrum nauw betrokken bij alle gevolgen die corona met zich meebracht. “We komen net terug uit Zweden,” vertelt Marina Ort. “We waren er na deze anderhalf jaar echt aan toe om even af te schakelen van al het werk en alle beslommeringen die bij corona kwamen kijken. Onze zoon woont in Zweden, dus we zijn met de auto een paar dagen op pad geweest om even goed af te schakelen. Ook Martin was toe aan een kleine pauze tussen al zijn drukke werkzaamheden.“

Collectief

Martin licht toe: “De afgelopen anderhalf jaar met de coronamaatregelen was ongekend. En dan met name voor de ondernemers. Er waren in het begin zoveel problemen waar de mensen mee te maken kregen en eigenlijk moesten ze van het begin af aan alles zelf aanpakken. De gemeente wilde best meewerken, maar niemand had ooit eerder met dit bijltje gehakt en dat was te merken. We hebben gelukkig direct de handen ineen geslagen. Markeringen in de straten gemaakt, borden neergezet, handwas-voorzieningen geplaatst. Dat was echt top, en zorgde ervoor dat de winkeliers en horeca, zoveel als toegestaan was en veilig was, open konden. Dit is echt uniek in Almere, in andere steden zag je dat dit veel langer duurde. De OVSA kent veel leden, we zijn met 430 ondernemers in totaal. Dan ben je een krachtige partner, die mee kan praten en beslissen. Dat is het voordeel van een collectief zijn, grote stappen maak je nu eenmaal sneller als je ze samen neemt.”

Bouwput

Martin en Marina wonen inmiddels al ruim 30 jaar in Almere en kijken met soms wat weemoed terug naar de begintijd. De termen ‘zandbak’ en ‘bouwput’ vallen regelmatig en ze hebben handenvol anekdotes en herinneringen. “Er kon nog zoveel, want er was nog niks. Dat maakte dat elk initiatief met open armen werd verwelkomd. Almere centrum was een bouwput, en stap voor stap kwam er steeds een straatje met winkels bij. In die tijd had elk straatje zijn eigen winkeliersvereniging. Niemand nam de gezamenlijke leiding, dus als er eens om de tafel gezeten moest worden met bijvoorbeeld de gemeente, dan zaten er verschillende winkeliersverenigingen naast elkaar aan tafel. Doordat de binnenstad steeds meer groeide, werd het tijd voor een samensmelting van al die winkeliersverenigingen. De omslag kwam in 2005, 2006. Er kwam ineens 90.000 m2 winkelruimte bij in de binnenstad, dat vroeg om een meer uniforme aanpak. We wilden één grote serieuze speler in het verhaal over de toekomst van Almere worden. Het was een lastige tijd, want ondanks alle winkelruimte, stopte de stad zelf met groeien qua inwonersaantal. De kredietcrisis sloeg er hard in. Wat het toen gered heeft, is dat we de bestaande stad aandacht hebben gegeven. Goed houden wat goed was en tegelijk plannen maken voor betere tijden.”

Laat de auto naar Amsterdam eens staan, en pak lekker de fiets om in eigen stad te genieten

Marina is van origine een onderneemster in de supermarktbranche. Ze runde 15 jaar een supermarkt in de Zoetelaarspassage en begon in 2006 haar Bruna franchiseonderneming. Iets wat ze tot op de dag van vandaag met veel plezier doet. “Almeerse ondernemers werken ontzettend veel samen. De saamhorigheid is groot en de onderlinge steun is er altijd. Dit samenwerken zorgt er ook voor dat we juist als ondernemers in de binnenstad zo sterk staan. Wat ik dan ook niet snap, is altijd dat gemopper op Almere. En ik verbaas me er over als ik op zaterdag zie hoe al die auto’s de stad uitrijden om in andere gaan winkelen. Dat doet me zeer. Waarom zou je dat als Almeerder doen? Onze binnenstad heeft alles wat je maar kan wensen. Het winkelaanbod is gigantisch, het is ruim opgezet, het ligt in het groen en er is genoeg horeca om te heerlijk te vertoeven. Dus laat de auto naar Amsterdam eens staan, en pak lekker de fiets om in eigen stad te genieten in de weekenden of in vakanties. Daar doe je de ondernemers ook een plezier mee, en je versterkt je eigen stad om lokaal inkopen te doen. ”

Gemopper

Martin vult aan: “Dat gemopper op Almere is mij ook echt een doorn in het oog. Neem bijvoorbeeld het betaald parkeren waar altijd over geklaagd wordt. Denk je dat gratis parkeren bestaat? Gratis bestaat niet, er moet altijd iemand de rekening betalen en linksom of rechtsom komt het toch bij je terug. We kunnen veel beter kijken hoe we het op een goede manier samen kunnen oplossen. Dus stop met klagen en kijk eens wat er allemaal wel kan in Almere. En relativeer alles eens een beetje. In andere steden gaat ook echt niet altijd alles 100% van een leien dakje. En wat Almere betreft: er gaat zoveel meer goed dan slecht. Wees trots op je stad, en op wat we met elkaar allemaal bereikt hebben de afgelopen jaren dat de stad is ontstaan en is geworden wat hij nu is.

Esplanade 

Een van de dingen waar zowel Martin als Marina zich de afgelopen jaren hard voor maakten was de Esplanade. Het evenemententerrein lag er de afgelopen jaren de meeste tijd van het jaar grijs en niet uitnodigend uit. “Het idee was dat het plein ingezet zou worden voor evenementen. Maar dat gebeurt maar een paar keer per jaar en de rest van het jaar is de ruimte onbenut. Eeuwig zonde. Hebben we met elkaar zo’n mooi water aan de rand van de binnenstad, en staat de stad -letterlijk en figuurlijk- met de rug naar dat prachtwater. We konden dat niet verkroppen.” Martin en Marina opperden het idee voor een stadstrand, met bijbehorende horeca. De gemeente was enthousiast en schreef een tender uit voor ondernemers die dit plan wilden oppakken. Zonder succes, er waren geen geïnteresseerde ondernemers om te investeren in dit unieke stuk Almere. Martin legt uit: “De eisen waren ook wel heel extreem. Er werd een flink pakket neergelegd waar aan voldaan moest worden. Maar het idee was wel goed. Ten einde raad heb ik geroepen dat Marina en ik het dan maar zelf gingen doen. En voor we het wisten zette we de handtekening onder het contract om op de Esplanade een horecapaviljoen neer te zetten. Dat was in 2014. Omdat we zelf niet genoeg ervaring hebben in het uitbaten van een horecazaak en ook omdat ik belangenverstrengeling als directeur van de OVSA wil vermijden, gaat Marina het samen doen met Casper de Rooi. En wat zo mooi is, is dat nu het paviljoen er zeker komt, er ineens meer interesse in om het gebied van de Esplanade aantrekkelijker te maken. Het strand wordt groter, er komen wat meer voorzieningen. De bouw begint binnenkort, naar verwachting is de opening rond maart 2022. Dan is hopelijk ook corona weer verder achter ons en kunnen alle Almeerders genieten van dit prachtige stuk in de binnenstad van Almere.”

Ik vind dat banken de ondernemers teveel in de kou hebben laten staan

Als het gaat om samenwerken, zijn zowel Marina als Martin zeer tevreden met de huidige manier van ondernemen in Almere. “Wat initiatieven omarmen betreft, verdient Almere een pluim. Het is hier fantastisch samenwerken met alle partijen. Dat liet ook de coronacrisis weer zien. Elke partij dacht mee, werkte mee en spande zich in voor dit gezamenlijke belang. Zowel de vastgoedeigenaren, de gemeente als de ondernemers zelf. Niets dan lof. De enige partij waar ik niet zo over te spreken ben, zijn de bankinstellingen. Ik vind dat zij de ondernemers teveel in de kou hebben laten staan. Bedrijven waar het goed mee ging, kregen wel steun en hulp, maar juist de bedrijven die het echt zwaar hadden, krijgen nul op het rekest. Daar kan ik met mijn hoofd niet bij, dat is voor mij de omgekeerde wereld. Ik snap best dat banken ook geld willen verdienen, maar ik denk dat de breedste schouders wat dat betreft meer kunnen dragen.”

Gezamenlijk belang 

Hoewel er een zware tijd achter hem licht, praat Martin met een groot enthousiasme over zijn rol in de binnenstad van Almere. “Mijn motivatie om dit werk te doen is omdat ik het oprecht leuk vind. Elke dag is een uitdaging. Wat je hebt altijd te maken met alle partijen. Niet alleen met de winkeliers, en de horecaondernemers, maar ook met de bewoners, met de gemeente, met cultuurinstellingen en met de vastgoedeigenaren. Iedereen heeft zijn eigen belang, maar wat veel belangrijker is: we hebben allemaal ook een gezamenlijk belang. En dat is een fijne binnenstad, waar het goed wonen, leven, ontspannen en werken is. Bij alles wat ik doe, probeer ik dit gezamenlijke belang boven tafel te krijgen en op tafel te houden. Dat is namelijk de kern van wat iedereen wil. En wat dat betreft is het soms net een huwelijk. De een wil rood, de ander wil blauw, en dan kom je op paars uit. Soms moet je wat slikken, wat water bij de wijn doen, maar het is wel belangrijk dat alle wensen van iedereen worden meegenomen in de uiteindelijke beslissing.“

Toekomst

Hoewel Martin en Marina beiden harde werkers zijn en er met de opening van het paviljoen volgend jaar nog meer op hun bord komt, geniet het echtpaar ook van hun vrije tijd. Marina vertelt: “We bezoeken elke wedstrijd van Almere City, ook de uitwedstrijden. En we gaan graag rijden met de auto, of wandelen met onze Engelse Buldog Nina. Dat hebben we ook nodig, want anders zijn we alleen maar aan het werk.” Martin blikt alvast naar de toekomst: “Ik maak me geen zorgen over Almere en de binnenstad als ik ooit stop met deze functie. Niemand is onmisbaar en iedereen is vervangbaar. Er zullen dan ongetwijfeld nieuwe mensen opstaan, en die gaan het misschien zelfs wel beter doen. Maar ik kan wel zeggen dat ik oprecht van de stad hou en hoop dat degene die ooit het stokje overneemt, dat ook doet. Maar ik hoop ook dat de binnenstad nu eens echt als binnenstad wordt gezien. We zijn niet slechts een winkelgebied, of een centrum. Het is een complete binnenstad, met alles erop en eraan. Er komt een campus met studenten, je kan er winkelen, er is genoeg horeca om uit te gaan, we hebben cultuur en we hebben natuur. Het plaatje is compleet om het een volwaardige binnenstad te benoemen en het als zodanig te gaan benaderen.”